'Seer schoone ende playsante Hofstede'

Dat ook eertijds de omgeving een passende verfraaiing aan deze hofstede gaf lezen wij in een bij Hendrik en Johannes van Esch, stadsdrukker, wonende naast de Brouwerije, van 't Cruijs, in de Papier Winckel (te Dordrecht) in 1682 gedrukte verkoopaankondiging welke luidt:

"Een seer schoone ende playsante Hofstede, bestaande in een groot, nieuw woonhuys ende schuur, mitsgaders noch een wooninge voor den Bruycker apart ende wagenkeet met 37 mergen 329 roeden, schoon zaij ende weijlandt"[1].

“De Rustenburg" werd kort vóór 1640 gebouwd op grond van de in 1575 bewinterdijkte Oost Zomerlandse Polder, waarin "het Puttershouckse Somerlant behoorende onder Puttershoeck", wordt genoemd "groot te wezen 41 merghe 226 roeden". In 1635 werd Johan van den Steen Emanuelsz., die toen in Dordrecht woonde, eigenaar van de grond waarop hij een paar jaar later "de Rustenburg" liet bouwen en waar hij toen zelf ook ging wonen. Hij was naast dijkgraaf van het Oostzomerland, ook "dijkgraaf van Moerkerken" en fungeerde in die kwaliteit van 1624 tot 1630 als ambachtsheer van de ene helft van de heerlijkheid Puttershoek, welke helft in die tijd in eigendom toebehoorde aan de gezamenlijke Ingelanden van "Moerkerken". Johan van den Steen overleed rond 1669. Op 12 juli 1662 worden Jan Jacobs Boer en Marigie Claes echtelieden genoemd als wonende op de woning van heer dijkgraaf Johan van der Steen onder Puttershoek. Getuigen zijn Willem Hermens van der Wael en Cornelis Hendriks Visscher, mr. kleermaker beide wonende op Pietershoek.

Na het overlijden van de eerste eigenaar kwam de hoeve aan zijn naamgenoot en zoon Johan van der Steen Johansz. Na zijn overlijden in 1675 kwam zijn weduwe Maria van Rhijn in het bezit van "Rustenburg". In 1682 werd de hoeve openbaar verkocht. Bij de aankondiging van de openbare verkoop in 1682 wordt de behuizing als volgt omschreven:

"Een seer schoone ende playsante Hofstede, bestaande in een groot, nieuw woonhuys ende schuur, mitsgaders noch een wooninge voor den Bruycker apart ende wagenkeet met 37 mergen 329 roeden, schoon zaij ende weijlandt".

Het geheel ging in .... voor 28.500 carolus gulden aan de nieuwe eigenaar over nl. Maria van Slingelandt, weduwe van Emanuel van den Steen. In 1700 kwam zij te overlijden en kwam de hoeve in 1700 aan haar zoon Johan van der Steen Emanuelsz.

Na het overlijden van Johan van den Steen Emanuelsz. in 1709 kwam de hoeve aan zijn dochter Maria Johanna van der Steen Johansdr, gehuwd met Pieter Jacques van Heijdenrijck, Raadsheer in de Grote Raad van Mechelen. Na haar overlijden in augustus 1727 kwam de hoeve in 1732 aan Jan Josef Ferdinand van Heijdenrijck en Johan Johanz. de Witt.

Reeds in 1664 wordt Johan de Witt in de Oost- en West-Zomerlanden genoemd. Johan de Wit was penningmeester van Oost-Zomerland. Erfgenaam is wijlen Willem de Witt. In 1694 was hij secretaris over 20 morgen 303 roeden 't huijs. In 1700 bruikt van De With, Bastiaan Otten Maaskant, sijn stee met 20.303 morgen. In 1694[i] heeft Otto Bastiaansz. Maaskant de hofstede en huijs (dit stond eerst op naam van heer Sijmon Muijs van Holij). Johan de Witt, heer van Heekendorp etc. overleden 1701, secr. Dordrecht en heemraad Oostsomerland, tot 1701, opvolger is heer en mr. Johan Onderwater. Johan Onderwater is gehuwd met vrouwe Catharina van Beaumond. Johan de Witt secretaris te Dordrecht heeft zoon Johan en dochter Maria Guilielma. In 1732 bruikt van Johan de Witt: Johannes Schrijver 11 morgen 200 roeden in Somerland en 't huijs van de Wit. In 1733 is er sprake van 14 morgen 200 roeden en huijs.

[i] Ari van der Hoek: SMHW: G.A. Mijnsheerenland

In 1779 wordt Rustenburgh bij Puttershoek genoemd. Zijn rentmeester is Gasparus Kelderman. De Wit en F. van Heijdenrijck hebben in 1732 uit hoofde van hun woning in het Oost-Somerland genaamd Rustenburg het regt tot het stellen van een heemraad en benoemen nu de heer van Vliet tot schout van Puttershoek. In 1768 overleed Johan Johanz. de Witt en kwam "de Rustenburg" aan laatstgenoemde's dochter Maria Wilhelmina de Witt.

Aanplant bomen 1730

Mw. Heijdenreijck (mevrouw en haar erfgenamen) uit haar naam "is aen't College versochte om eenige boomen te planten aen de dijck by Kuipersveer als ook enige boomen te planten op de weg aldernaest haar woning om haar tuin tegen de wint te beschutten". Verzoek afgeslagen 28 okt. 1730.

SaH: OW Zomerland

Leydse Courant den 2 october 1754

Op woensdag den 16 October 1754, des morgens ten 10 uuren, zal publicq in Nummers worden geveildt verkogt, 206 gave ypen bomen, van 16 tot 21 duim dik ver ’t Kruys, en van 24 tot 30 voet hoog van Stam, staande aan de Wooning Rustenberg, toebehoorende aen Wel. Ed. Heer en Mr. Johan de Witt, gelegen even buiten Puttershoek, digt by het Water van de Oude Maas: nader onderrigtinge is te komen by den Notaris Gerardus Verveer te Dordrecht, of by den Tuynman Pieter Le Febure te Puttershoek.

Leydse Courant 2 october 1754

Uit de hand te koop ....

Johan Johanz. de Witt, raadsheer in de Raade der Domeinen en Financien van zijn Keijserlijke Majesteit te Brussel verzoekt in 1766 om 287 ijppebomen staande aan de westsijde van de Slipperdijk onder de plantagie van zijn wooning Rustenburg te laten uitrooijen en wederom andere jonge in de plaats te planten.

1766

Verwoestende brand

"Verslagenheid heerst na verlies van zeventiende eeuws monument in Puttershoek..."

Voor de verwoestende brand van maandagmiddag 29 oktober 1997 was "de Rustenburg" een gaaf bewaarde en monumentale boerderij XVIII A, woonhuis en stal onder een hoog strodak en haaks daarop een houten schuur, eveneens met strodak geheel verwoest. De brand zou volgens zeggen van een vuurhaard zijn overgeslagen en de monumentale boerderij tot de grond hebben verwoest. Na het afbranden van het rijksmonument werd het in 2001 tot de grond toe gesloopt, ondanks de protesten van omwonenden.[4]

Het woongedeelte had een puntgevel met kleine tussentrappen, geblokte ontlastingsbogen met gebeeldhouwde kopjes als sluitstenen, sierankers, in de vensters van de begane grond twintig ruitschuiframen en in de overige vensters houten kruiskozijnen met luiken.

[4] dinsdag 20 november 2001 gepubliceerd op www.rotterdamsdagblad.nl

Link:

Streekmuseum Hoekse Waard: Artikel: "Wat de kranten zeggen" | blz. 13 t/m 21