R.D. Joannes Verhoeven

De eerbiedwaardige heer Joannes Verhoeven, in zijne leven rector Dominus kannunik en plebaan der stadt en(de) vrijheijt van Turnhout, gedoopt (rk) Geel 16 maart 1647 (doopgetuigen: Joannes Verluyten en Catharina Loverius) overleden en begraven 26 juli 1709 in de Sint Pieterkerk te Turnhout. Zijn ouders waren: Paulus Verhoeven en Maria van Bijlen.

Hij was theologant en studeerde in 1670 aan het semenarie in Mechelen en in 1671 werd hij aldaar als priester ingewijd. Niet lang daarna op 28 november 1672 werd hij als pastoor in Oud-Turnhout geïnstalleerd en is 18 jaar voor deze parochie pastoor geweest. In 1680 werd Joannes Verhoeven plebaan en geregistreerd zich voor de 5de prebende op 26 april 1690 van de Sint Pieter te Turnhout.

Joannes Verhoeven is op zijn 54ste levensjaar van zijn woonplaats Turnhout naar Bokhoven afgereisd, en heeft het huwelijk gesloten Bokhoven 1 januari 1701 van Jan Matthee en Cornelia Geritsse van der Hoven.

De stad en vrijheid Turnhout was in de 17de eeuw tevens verdeeld in twee parochies; de parochie van Sint-Pieter, met de binnenkerk of de Sint-Pieterskerk en de parochie van Sint-Bavo, met de buitenkerk van Sint-Bavo in Oud-Turnhout.
Een prebende is het jaarlijkse inkomen van een kapittel van kanunniken (koorheren) dat voor het levensonderhoud van deze geestelijken bestemd was. Deze aanduiding voor kerkelijke inkomsten worden ook wel beneficiën maar ook vicarieën worden genoemd.

Kanunnik van het Heilig Graf

Zijn functie was rector Sepulchrienen van de congregatie Zusters van het Heilige Graf gedurende 1691-1693 en was verbonden aan de Sint Pieterkerk te Turnhout.

In een lijst van bestuurders reguliere kanunnikessen van Heilige Graf vinden we onder nr.

  1. Joannes Verhoeven, van Gheel, 28 september 1690 — † 26 juli 1709, te voren pastoor van Oud-Turnhout.[3] Hierna werd R.D. Josephus Verdeuseldonck door Universiteit van Leuven op 10 januari 1710 benoemd.
[3] J.F. Jansen, Turnhout in het verleden en het heden, deel II

Zijn overlijden

Op zijn grafzerk in de Sint Pieterskerk stond geschreven:

'Hie exspectat resunectionem R.Adm.D. Joannes Verhoeven, olim per 18 annos pastor in veteri Turnhout, denidi collegiatoe ecclesioe canonicus et verus plebanus per 19 annos. Obiit julii 1709 Et.R.D. Paulus Adamus Verhoeven ejusfrater obiit 1 mart 1700'.[3]

Parochieregister Sint Pieter

1709, Julius, 26, den seer eerw(aarde) heer Joannes Verhoeven plebanus ecclesiet hujus?[4]

[4] SAT: Parochie Register St. Pieter inv.nrs. 4750-4881, 1709, fol. 4859

Testament

19 november 1709

Opschrift voorzijde testament:

Extract uyt het testament van h(ee)r Joes Verhoeven laetende aent capittel 4 g(u)l(den)s jaers te quyten met hondert g(u)l(den)s wisselgelt met laste vant Capittel van plebaen syne successeurs te laten doen dry missen jaers de eerste voor d' h(ee)r testateur de tweede voor syne andere en(de) de derde voor syne suster Cath(arina) Verhoeven en(de) dat precise ten sterfdage resp(ecter)e. 

Extracte vuyt sekere codicille gepasseert door den eerw(aarde) heere Joannes Verhoeven can(nunic)o ende plebaan in syne leven der stadt en(de) vryheyt van Turnhoudt voor den not(ari)s L. Luyts ende Nicolaes Loijens en(de) Jan Laers getuijgen op den vierthiensten september xvii ende seven (14-09-1707) waerinne onderandere staet als volgt:

Item laet ende maeckt hy heeren comparanten aen Jan Baptist Jacops synen viere hondert Pattenons eens welcke cappitaele somme den heere comparanten aen(den) voornoemde Jan Baptiste heeft ten onderen gedaen renthbewyse ofte obligatie volgens den brieff daervan synde met niet expresse conditie dat den selven daervoor jaerelycx altyt dienende op den sterfdagh des heere comparanten aenden cappitule van Sint Peeters tot Turnhoudt sal moeten betaelen vier guldens altijts cours ende ganck hebbende voor een jaergetijde ende voor deze obligatien als in des heeren comparanten testamente begrepen ende vuytgedruckt staet waermede den voorn(oemde) cappitule sich sal moeten contenteren sonder nets voorders te mogen pretenderen, behoudelijck dat den voor. Jan Babtist de voorsegde vier guldens erffelijck altijts als het hem beheven sal, mogen aftleggen ende redi.eren met hondert guldens eens wisselgelt, de welcke in sulcken gevallen door den voorn. cappittule wederomme sullen moeten worden vuijtgegeven omme te onderhouden ende quijten de obligatien bij den heere .comparanten in sijn testamenten begeert.

Dit extract gecollationeert met de orginele codicille is daer met de bevonden te accoorderen voor soo veele raeckt het geextraheerde quod. attestor C. Nuijts notaris publicque 1712

linkermarge: 22a. Dat der cappittulen volgens testament voor dese vier guldens jaerlijcx ....... gaat verder[5]

[5] SAT: St Pietersarchief A 30/1 | inv.nr. 540 | Testament van Joannes Verhoeven | 14 sept. 1709

Plebaan Van Laer mag blijven wonen tot 14 maart 1699. De schout woont er ook en die is gerechtigd de tuin om te spitten en te zaaien en bomen te planten. Ter bestrijding van de kosten die plebaan Van der Vorst heeft moeten maken om dit geschil op te lossen, moet plebaan van Laer aan Van der Vorst fl. 54-0-0 betalen.

Stadsarchief Turnhout: A029/2 inv.nr. 69 | akte overeenkomst kapittel en plebaan Joannes Verhoeven | 9 maart 1699