Lande van oost, en west Voorne

algemeen

Een gors is buitendijks aangespoeld land, dat bij een normale vloed niet meer onderloopt.

De polder Kruininger Gors dankt zijn naam aan het geslacht van Cruyningen. Daartoe behoorden onder meer de Heerlijkheid Heenvliet, waarvan de duinen en gorzen van Kruiningen al sinds de 15e eeuw deel uitmaakte. De erfgenamen van Maximiliaan van Cruyningen verkochten in 1627 hun bezit aan Johan Polyander van den Kerckhoven. De naam Kruiningen Gors bleef evenwel bestaan.

Op 29 april 1740 werd het bestuur van de Generale Dijkage eigenaar van de Kruininger Duinen en op 28 dec. 1799 bovendien van de helft van de Kruininger Gors. Dijkgraaf en Hoogheemraden hadden namelijk groot belang bij deze gronden omdat deze van grote betekenis waren voor de waterkering van Voorne. Herhaaldelijk werd dit gebied namelijk overstroomd tot aan de Heindijk.

Onderstaande afbeelding geeft de lokatie aan waar Jan Matthee en zijn zoon Jan Matthee de jonge onderhoudswerkzaamheden hebben verricht aan de Heijndijk aan de Cruijningergors voor de familie Van der Steen & De Witt in de Lande van Oostvoorne.

Akten waarin Jan Matthee genoemd wordt:

11-01-1740. Jan Mattheus de Jonge wonende Pietershoek en Michiel van Boxtel wonende Dordrecht als last en procuratie met de macht van substitutie hebbende van Katharina Maria van der Steen bejaarde juffrouw Maria van der Steen weduwe van Johan Bens van Morsenbroeck en Isabella Maria van der Steen zo voor haar zelven als haar sterk makende voor haar broer Johan van der Steen en Johan van Heijdenrijk tezamen geïnteresseerden van de polder Nieuw Kleijburg onder Oostvoorne, welke procuratie was verleden op 6 jan.1740 voor notaris Jacob Bendt te Dordrecht, maken machtig Johannes Lambertus Scherping jr. in het proces Kornelis Leenderts Manintveldt. Getuige Hugo de Klerk.

SAVPR: Streekarchief Voorne Putten Rozenburg, Notariële archieven, inv.nr. 1063, procuratie 11-01-1740 | Notaris: Laurens van Oosten.

03-02-1744. Kornelis Bastiaans van der Hoek te Oostvoorne machtigt mr. Matthijs Verschoor, raad en vroedschap van Delft, namens hem voor het gerecht van Oostvoorne te transporteren aan Arie Hogendijk de helft van het Kruininger Gors onder Oostvoorne. E.e.a. is comparant op 30 maart 1740 getransporteerd door Jan Matthee de oude en Jan Matthee de jonge zonder enige belasting daarop rustende. Vorige eigenaars waren Katharina Maria van der Steen, Maria van der Steen weduwe van Johan Oem van Moesenbroek, en Isabella Maria van der Steen, gezusters, die mede handelden voor hun broer Johannes van der Steen en voor Johan de Wit en Johan van Heidenrijk. Getuige Andries Terwiel.

SAVPR: Streekarchief Voorne Putten Rozenburg, Notariële archieven, inv.nr. 1051, procuratie 03-02-1744 | Notaris: Pieter de Graeff Isaaksz.